Skip to Content

Als Rotterdams stadskind was Van Dam vaak te vinden bij de Wilhelminapolder, een grootschalig akkerbouwbedrijf in Zeeland. Daar werd het zaadje geplant voor zijn werk als ondernemer en investeerder in de agrarische sector. Ondanks dat het volgens hem moeilijk geld verdienen is in die sector, zette hij boerderijen op in onder andere Afrika en Oost-Europa.

Toen hij vader werd van drie dochters vroeg hij zich steeds vaker af of dat wat hij deed wel zo toekomstbestendig was. “Ergens weet je dat je met grootschalige landbouw en monocultuur de bodem uitput, wat op de lange termijn niet houdbaar is. Als vader kon ik dat innerlijke stemmetje niet meer uitzetten.” Vandaag de dag woont hij met zijn gezin op de regeneratieve boerderij Schevichoven en werkt hij voor impact investeringsfonds Pymwymic (Put your money where your meaning is).

Rendement en positieve verandering

Toen Frank van Beuningen, één van de oprichters van Pymwymic, 10 jaar geleden op zoek ging naar een opvolger stapte Van Dam in. Voor hem een logische stap, want alles in zijn leven raakte al aan food en agri. Hij houdt overigens niet van half werk, want toen hij aan het roer van Pymwymic kwam, stelde hij met het team het doel om het allerbeste impact investeringsfonds te worden die je maar kan verzinnen. Een fonds waarmee je financieel rendement kan behalen, en waar geld hét instrument is voor positieve verandering.

Focus met Theory of Change

Op dit moment telt Pymwymic 9 medewerkers en heeft een geïnvesteerd vermogen van 100 miljoen euro. “Om daarmee zoveel mogelijk impact te kunnen maken, moeten we precies weten wat we willen bereiken. Dat pluizen we uit aan de hand van de Theory of Change (ToC). Een tool die ons dwingt om scherpe keuzes te maken. Wat willen wij veranderen? Wat is daarvoor nodig? En welke rol kan Pymwymic spelen? Dat is trouwens niet iets wat je één keer doet. Door marktontwikkelingen moet je die vragen blijven herhalen.”

Bodem is de basis

Pymwymic richt zich op een gezond voedselsysteem en héél specifiek op een gezonde bodem. Van Dam: “Waarom? Omdat alles is terug te voeren op de bodem. Als die ongezond is, heeft ook alles wat eruit voortkomt het moeilijk. En wie hebben daar het meeste mee van doen? De boeren. In alle varianten. Van akkerbouwers, fruittelers tot veehouders. Om ervoor te zorgen dat die boeren de bodem beter kunnen benutten, investeert Pymwymic in scaleups, bedrijven die de eerste vijf jaar hebben overleefd en omzet genereren, die kort op de boer zitten en nieuwe instrumenten ontwikkelen.”

Schaalbaar

Hij vervolgt: “We investeren nu in 19 scaleups die dag in dag uit bezig zijn om zichzelf in de markt te vechten. Een daarvan is Biome Makers, een grondanalysebureau dat zich richt op het verbeteren van de gezondheid van de bodem. Dat bedrijf brengt de interactie tussen micro-organismen, gewassen en het ecosysteem in kaart. Die data helpen boeren bij het voorspellen van ziektes om de gewasopbrengst te verbeteren. En met AI werken ze nu ook aan een schaalbaar model. Van Dam: “Dat is de kern van wat wij willen stimuleren, met voorbeeldmodellen boeren laten zien hoe je natuurinclusief en rendabel kan zijn.”

Streepjescodes

Ook op Schevichoven verzamelen en monitoren Van Dam en zijn medewerkers data. Aan het begin van elke rij gewassen is een streepjescode te vinden. Via die code wordt alles wat er met het gewas gebeurt vastgelegd. “Wij weten bijvoorbeeld het precieze saldo van onze honingbessen. Dat is € 0,70 per vierkante meter. Over een hectare gerekend zou je dan 7.000 euro marge maken op een omzet van 30.000 euro.” Data moet volgens hem het bewijs gaan leveren dat je rendabel kunt boeren met behoud van een goede bodemkwaliteit en biodiversiteit. “Data is wat mij betreft echt essentieel voor agrariërs die de transitie naar het nieuwe boeren willen maken.”

Bewijs, bewijs en bewijs

Als je volgens Van Dam het bewijs levert dat rendement en regeneratief samen kunnen gaan, is er geen enkele reden om er niet in te investeren. “Hier op deze boerderij en bij Pymwymic draait het dus om bewijs, bewijs en bewijs: weten wat je doet en rapporteren over het resultaat. Daarmee willen we ook laten we zien dat bedrijven met een veranderdoel succesvoller kunnen zijn dan conventionele bedrijven. Ik vergelijk het graag met een conventioneel landbouwbedrijf dat met een gewas ongeveer 1 procent operationeel rendement haalt, terwijl wij met onze meerjarige gewassen richting de 3 procent gaan.”

IMVO 2.0: biodiversiteit, gezonde voeding en wapens

De presentatie van de ambitieuze Van Dam wordt kort overstemd door het geraas van overvliegende straaljagers. Een geluid dat we in Nederland nauwelijks horen, maar dat de aanwezige groep verzekeraars wel wijst op de nieuwe realiteit. De toegenomen geopolitieke spanningen maken duidelijk dat investeren in weerbaarheid ook op dat vlak onvermijdelijk is. Het Verbond verkent daarom met verzekeraars hoe zij op verantwoorde wijze kunnen bijdragen aan de versterking van defensie. Duurzame veiligheid is immers ook een voorwaarde voor een leefbare wereld. Lees daarover meer op de themapagina IMVO 2.0.