Skip to Content

Herstel en Verhaal is kwestie van lange adem

Op deze pagina is ook content beschikbaar exclusief voor leden Log in voor toegang of vraag account aan.

‘Een lange adem, vasthoudend zijn én samenwerken’: dat is de basis voor het doen slagen van Herstel en Verhaal, ofwel ‘Access to Remedy’. Herstel en verhaal is een van de drie pijlers van de internationale richtlijnen van de VN, de United Nations Guiding Principles (UNGP’s) die centraal stond tijdens de derde casussessie van het IMVO-convenant Verzekeringssector.

Met belangrijke vragen als: Wat is de rol van verzekeraars bij het bieden van herstel en verhaal? In hoeverre helpen richtlijnen van de Verenigde Naties en de OESO een belegger om bij herstel en verhaal de juiste keuzes te maken? Hoe kan de overheid hieraan bijdragen? En hoe zorg je als verzekeraar voor herstel en verhaal bij bedrijven waar kinderarbeid heeft plaatsgevonden?

Bied een klachtenmechanisme

Al gauw werd het voor het grote aantal deelnemers vanuit de verzekeringsbranche, NGO’s en overheid duidelijk dat herstel en verhaal een cruciaal onderdeel vormt van de UNGP’s, maar ten onrechte nog wel eens onderbelicht blijft. Het is meer dan het simpelweg uitvoeren van een ESG-screening. En dat het lastig blijkt is om vervolgens met de juiste oplossingen te komen, dat slachtoffers gehoord en geholpen worden. Dit kan variëren van excuses tot aan schadevergoeding. Positief is dat inzicht in de klachten en geschillen die bij een bedrijf spelen waardevolle informatie kan bieden over hoe dit bedrijf in de praktijk omgaat met mensenrechten. “Je kan talloze vragenlijsten afnemen bij de bedrijven waarin je investeert, maar het is ook belangrijk om te kijken naar informatie als klachten over bijvoorbeeld toeleveranciers,” aldus een advocaat die de sessie inleidde. Zijn advies is: “Vaak is een klachtensysteem niet eens vindbaar voor klagers, laat staan dat er gerapporteerd wordt over de klachten en hoe de afhandeling geregeld is.”

Vanuit het Bankenconvenant gaf de volgende spreker in de webinar inzicht in het onderzoek dat zij hebben gedaan naar ‘Herstel en Verhaal’. Eén van de belangrijkste aanbevelingen was dat je vooral moet kijken hoe verschillende actoren samen een rol kunnen spelen bij het realiseren van een goed herstel en verhaal mechanisme.  

Een vertegenwoordiger van het Nationaal Contactpunt Nederland (NCP) wees de aanwezigen op het feit dat alle OESO-landen verplicht een mechanisme moeten hebben waar burgers terecht kunnen als hun rechten zijn geschonden door internationale bedrijven. “Dat weten heel veel landen en bedrijven niet. De richtlijnen zijn wat dat betreft te onbekend, daar valt nog veel werk te doen. Bovendien staat of valt zo’n mechanisme met het vertrouwen van partijen in het systeem. Onpartijdigheid speelt daarbij een rol en de mate waarin je voorspelbaar bent.” De advocaat beaamt dit: “Het oplossen van een geschil moet tegelijkertijd een bron zijn van continue leren, en daarmee ook een bijdrage leveren aan de toekomst.”

Geef invulling aan je eigen rol

Een andere belangrijke boodschap is dat verzekeraars moeten nadenken over hun eigen rol en op welke manieren zij kunnen bijdragen aan identificeren, adresseren en voorkomen van schendingen van mensenrechten. Kortom, het bieden van een remedie zodat ‘slachtoffers’ van schendingen een klacht kunnen indienen en er actie wordt ondernomen om de schade ongedaan te maken. Hoe? Door invloed uit te oefenen op de bedrijven waarin zij investeren. Een logische denkwijze, maar in de praktijk blijkt het toch lastig om duidelijk te krijgen wie nu precies voor wat verantwoordelijk is. Als er sprake is van een mensenrechtenschending, dan moet er gewerkt worden aan remedie, maar door wie en hoe? Wat voor een rol kan een belegger innemen, vanuit de wetenschap dat de belegger veelal geen directe verantwoordelijkheid heeft, maar wel een connectie heeft met een bedrijf waarin is belegd? Het antwoord lijkt bedrieglijk simpel: door een goede coördinatie van gedeelde verantwoordelijkheden. De verantwoordelijkheid van landen om de juiste wet- en regelgeving te ontwikkelen én van bedrijven door met behulp van due dilligence de risico’s in kaart brengen en vervolgens klachten- en remediemechanismes te ontwikkelen. Stel als belegger daarvoor de meest basale vragen: is het bedrijf waarin wordt belegd via beleid gecommitteerd aan remedie? Is er een klachtenmechanisme ingericht? Wordt herstel geboden waar het nodig is en door het bedrijf dat daar verantwoordelijk voor is? “Door globalisering zien we nu dat de onderlinge verwevenheid leidt tot bewustwording waarbij bedrijven buiten de overheid om zelf aan de slag gaan. Een hele belangrijke ontwikkeling: zet het voort!,” aldus de afsluitende oproep van het NCP aan het einde van de bijeenkomst.

Achtergrond

Binnen het IMVO-convenant voor de verzekeringssector bespreken verzekeraars, overheid en ngo’s gezamenlijk door middel van actuele casussen de uitvoering en uitwerking van de afspraken uit het convenant, dat is gebaseerd op de OESO-richtlijnen. Lees ook de vorige twee casussessies. 


Was dit nuttig?