Skip to Content

Hoe houd je grip op financieel toezichtrecht?

Op deze pagina is ook content beschikbaar exclusief voor leden Log in voor toegang of vraag account aan.

Nationale wetgeving, Europese richtlijnen en beleidsdocumenten van de toezichthouder of het Verbond. De wet- en regelgeving over financieel recht waaraan verzekeraars moeten voldoen, komt werkelijk overal vandaan. Hoe houd je overzicht? Arthur van den Hurk (Aegon) en Anthon Verweij (Sdu) weten raad. Zij geven antwoord op tien vragen over de Financial Law huB.

1. Wat is de Financial Law HuB?

Anthon: “Ik noem het altijd een supertool, maar één van de redacteuren van de huB heeft het vaak over ‘een spoorwegboekje voor financieel recht'. Dat is duidelijker. De huB wijst je de weg in het woud van alle wetten en regels, zowel in Europa als nationaal. Op dit moment zitten er meer dan tweeduizend onderwerpen, ook wel practice notes genoemd, in de huB. Die practice notes kunnen gaan over uitbesteding of over de technische voorzieningen bij verzekeraars. Als het maar betrekking heeft op wet- en regelgeving over financieel toezichtrecht.”
“En dat aantal notes blijft maar groeien", vult Arthur aan. “Er komen bijna dagelijks wetten bij. En naast die wet- en regelgeving zitten er ook beleidsdocumenten in de huB. Denk aan relevante documenten van DNB, maar ook aan gedragscodes en zelfregulering van het Verbond van Verzekeraars. Vanzelfsprekend gaat het bij die laatste documenten alleen om openbare informatie.”

Arthur van den Hurk is Senior regulatory counsel bij Aegon. Daarnaast is hij voorzitter van de Commissie Regelgeving & Juridische Zaken bij het Verbond van Verzekeraars. En tot slot is hij auteur bij Sdu en redactielid van de Financial Law huB.

Anthon Verweij is Productmanager bij Sdu en verantwoordelijk voor de Financial Law huB.

2. Hoe schep je orde in de chaos als er sprake is van meer dan 2.000 notes?

Anthon: “Door je heel strikt aan een vast format te houden. Wij noemen dat de kop-staart-methodiek. Ieder onderdeel in de huB begint met een selectie van relevante definities, bijvoorbeeld wat een technische voorziening inhoudt. Daaronder wordt een onderdeel zoals verzekeraars volgens een vast stramien uitgediept. Uiteraard gebruiken wij daarbij zoveel mogelijk gangbare begrippen, zodat een gebruiker makkelijk kan zoeken. En via deze onderwerpen krijg je op een logische manier toegang tot de relevante wetteksten en beleidsuitingen die bij het onderwerp horen.”

3. Hoe bepalen jullie die begrippen en definities? Weet Sdu met andere woorden wel hoe een verzekeraar denkt en op welke onderwerpen hij zoekt?

“Daar zijn de checks & balances met de bedrijfstak voor", antwoordt Arthur. “Ik denk, samen met zes andere financieel recht specialisten, mee over logische thema's en een goede indeling. Daarnaast werk ik als auteur mee aan de content en kijk door een praktijkbril naar de huB. Dat helpt enorm.”

4. Waarom heeft Sdu een online database ontwikkeld?

Anthon: “In 2019 is die vraag uit de sector zelf gekomen. Er is ons heel concreet gevraagd of wij niet iets konden verzinnen waardoor financiële ondernemingen, zoals verzekeraars meer grip en overzicht konden krijgen op de wet- en regelgeving. Er komt heel veel op ze af. Zowel vanuit Europees als nationaal. Daarnaast is het financieel recht continu in ontwikkeling. En tot slot is het niet alleen een heel dynamisch veld, maar ook nog eens behoorlijk complex. Er kunnen meerdere regels zijn, nationaal en internationaal, die verband houden met elkaar. Verzekeraars moeten dus ook nog rekening houden met de gelaagdheid van wet- en regelgeving. Dus ja, ik snapte die vraag uit de sector wel.”

"Het financieel toezichtrecht is continu in ontwikkeling"

5. Is het voor verzekeraars echt zo lastig om grip te houden op het financieel toezichtrecht?

“Ja", zegt Arthur zonder enige twijfel. “Het houdt mij fulltime van de straat. Al jaren. Er komen dagelijks nieuwe stukken binnen van regelgevers en toezichthouders. Dat zijn duizenden uitingen per jaar. En natuurlijk ligt het eraan hoe je naar het financieel recht kijkt. Als je bijvoorbeeld uitsluitend de finale teksten, op het moment dat die in het Staatsblad worden gepubliceerd als uitgangspunt neemt, is het tamelijk overzichtelijk. Maar dan ben je meestal wel te laat voor een tijdige implementatie. Verzekeraars moeten op tijd voorsorteren op nieuwe ontwikkelingen. En ook het implementeren van regels vergt de nodige voorbereiding. Het is al met al echt een hels karwei. Een paar jaar geleden hebben wij daarom door onder andere het Verbond geprobeerd om in het kader van een mogelijke herziening van de Wft meer structuur aan te brengen. Bij de wetgever hebben wij toen aangegeven dat verzekeraars behoefte hadden aan een spoorwegboekje, zodat je snel weet waar je moet zoeken en ook meer grip krijgt op lagere regelgeving. Er is in dat publieke domein niemand geweest die die handschoen heeft opgepakt. Sdu was al bezig met de huB, voor banken en andere sectoren in de financiële sector. Het was een logische keuze om met elkaar in zee te gaan.”

6. Hoe werkt de huB in de praktijk?

Arthur: “Stel dat ik wil weten hoe en waar ik een vergunning voor een nieuwe verzekeraar moet aanvragen. In de huB ga ik dan naar het onderwerp ‘Vergunning aanvragen’ en daar vind ik alle relevante uitingen. De huB helpt me overigens niet bij het interpreteren van de wet. Daar zijn nog steeds specialisten voor nodig. Maar de database geeft wel aan waar ik allemaal rekening mee moet houden. In die zin zorgt de huB voor meer grip, en wat mij betreft vooral ook voor tijdbesparing. Ik hoef immers niet meer te zoeken op artikel, maar op onderwerp. En ik heb aan één bron genoeg.”

7. Zijn dat de grootste voordelen van de huB: meer grip en tijdbesparing?

Anthon: “Dat denk ik wel. De database biedt overzicht. Zonder de huB moet een verzekeraar veel diverse bronnen raadplegen. Staatsbladen, kamerstukken, beleidsdocumentatie van toezichthouders, noem maar op. Dat vergt veel zoekwerk en tijd, maar daarnaast is de wetgeving niet altijd even consistent en foutloos. Wij komen soms fouten tegen en als verzekeraars dan alleen op die openbare bronnen waren aangewezen, kan het dus misgaan.”

8. Is de huB vooral voor kleine(re) verzekeraars bedoeld?

"Hoe minder juristen zich ermee bezig kunnen houden, hoe hoger de druk. Dus ook: hoe kleiner de organisatie, die met dezelfde regels te maken heeft als een grote, hoe heftiger de taak. Dat lijkt me logisch", meent Anthon.
“Dat klopt", reageert Arthur. “Maar zelfs voor een partij als Aegon kan de huB een uitkomst zijn. Ik heb wel veel collega's die zich met financiële wet- en regelgeving bezighouden, juristen en niet-juristen, maar op groepsniveau ben ik, als jurist, de enige die zich daar exclusief mee bezighoudt. En vanwege de omvang van het vakgebied, is financieel recht eigenlijk niet iets wat je er even bij kunt doen.”

"Vanwege de omvang kun je het er niet zomaar even bij doen"

9. Wie maken er gebruik van?

"Veel kantoren op de Zuidas, en de meeste grote banken gebruiken de huB al. Voor verzekeraars is de informatie over wet- en regelgeving net live gegaan. Voor die sector moet het allemaal dus nog gaan beginnen. De content binnen de huB wordt stap voor stap gevuld, omdat we niet alles in één keer live kunnen zetten. Ik zou willen dat computers zo slim waren, maar we moeten het fasegewijs doen. Als een soort blauwdruk.

10. Wanneer is het helemaal klaar?

“We zijn nooit klaar", besluit Anthon lachend. “Dat is ons lot. Het financieel recht is niet statisch. Zo is de tekst van de Europese richtlijn Digital Operational Resilience Act (DORA) nog maar net gepubliceerd. Dat moeten wij ook verwerken en zo blijven we continu in ontwikkeling. Dat houdt je scherp en maakt het leuk om aan de huB te werken.”

Meer lezen of kijken over de Financial Law huB? Kijk dan op de website van Sdu.


Was dit nuttig?