Skip to Content

“Onderwijs is de basis van ons bestaan”

Op deze pagina is ook content beschikbaar exclusief voor leden Log in voor toegang of vraag account aan.

Het Verbond heeft met diverse onderwijsinstellingen het convenant ’Aan de slag voor de klas’ gesloten. Dit convenant moet een eventuele overstap naar het onderwijs voor werknemers van verzekeraars makkelijker maken. Martin Sprokholt, werkzaam bij a.s.r., is in september gestart met de opleiding voor leraar wiskunde en hij is enthousiast. “Het gaat heel goed.”

Ooit wilde Sprokholt leraar natuurkunde worden, maar het liep anders. Hij onderbrak zijn studie en kwam in de verzekeringsbedrijfstak terecht, in de verslaglegging. “Ik werk nu op het actuariaat leven en pensioenen, en heb in bijna dertig jaar een grote liefde voor wiskunde ontwikkeld. Wiskunde is onherroepelijk. Het is zo of het is niet zo, dat vind ik mooi. Daarnaast vind ik lesgeven magnifiek. Kinderen moeten kunnen rekenen. Dat heb ik wel geleerd in al die jaren. Ik doe snel iets uit mijn hoofd en hoop dat dit straks in mijn voordeel werkt als ik eenmaal voor de klas sta.”

Leraar wiskunde
Sinds vijf maanden is Sprokholt nu bezig met zijn opleiding aan de Hoge School in Utrecht. “De opleiding biedt mij een mooie kans om mij naast mijn huidige baan te oriënteren op het vak van docent.” Tot nu toe gaat hij één dag in de week naar school. De rest doet hij via een elektronische leeromgeving, naast zijn dagelijkse werk. “Dat is best pittig. En hoewel ik vooraf twijfelde of ik met mijn 54 jaar nog wel wist hoe studeren werkt, is dat me ontzettend meegevallen. Als mensen zich afvragen of ze het nog kunnen, antwoord ik altijd: ga er maar vanuit dat je dat nog kan.”

Twijfels
Uiteraard heeft hij ook weleens zijn twijfels over het vak en de vaardigheden die hij daarvoor moet beheersen. “Ik ben niet echt een superspreker en vind het best spannend om voor de klas te staan. Maar in mijn (didactische) leerboeken staat dat je je angsten kunt overwinnen en waar je op moet letten. Bovendien heb ik inmiddels de nodige eelt op mijn ziel gekregen en vertrouw ik erop dat het allemaal goed komt.”
Waar hij zich het meest op verheugt? “Op het lesgeven zelf. Onderwijs is de basis van ons bestaan. Mensen op weg helpen om zichzelf te redden, vind ik mooi. Ik heb bij mijn eigen kinderen gemerkt dat ik het ontzettend leuk vind om ze te begeleiden. Daar komt bij dat wiskunde een machtig vak is. En dan mag ik ook nog een bijdrage leveren aan de maatschappij. Dat is toch prachtig!”
 
Parttime
Sprokholt heeft niet alle antwoorden en weet nog niet hoe het verder loopt. “Ik ben voor mijn gevoel pas net begonnen. Met de kennis die ik nu heb, moet ik twee tot drie jaar uittrekken voor de studie. En natuurlijk is het druk. Waar jongeren de studie fulltime doen, moet ik het parttime redden, maar het gaat heel goed. Stiekem hoop ik zelfs dat ik al eerder voor de klas mag. Er zijn grote tekorten in het onderwijs en ik wil het vak absoluut niet bagatelliseren, maar nu al beginnen met een paar dagen per week lijkt me geweldig. Ik kan niet wachten!”

Rol a.s.r
In een arbeidsmarkt waarin flexibilisering en nieuwe technologieën een steeds grotere rol spelen, vindt a.s.r. het belangrijk dat haar medewerkers duurzaam inzetbaar zijn. Om het mogelijk te maken dat collega’s zichzelf blijven ontwikkelen en de regie over hun toekomst nemen, stimuleert a.s.r. het daarom als collega’s doorgroeien of doorstromen, binnen of buiten de verzekeringssector. Het zij-instroomprogramma naar het onderwijs, waar Sprokholt aan deelneemt, is hier onderdeel van.

Rol Verbond
Manon van der Lely, manager HR Development, benadrukt dat er momenteel vijf medewerkers van a.s.r. daadwerkelijk bezig zijn met een zij-instroom of duale opleiding naar het onderwijs, terwijl er in het afgelopen jaar meer dan dertig geïnteresseerden waren.  “De huidige zij-instroom in combinatie met een dienstverband blijkt een behoorlijke drempel op te werpen. Daarom zijn wij wel blij met de ondertekening van het convenant ‘Aan de slag voor de klas’. Dat is een belangrijke start op weg naar een betere balans, terwijl we tegelijkertijd het probleem van het lerarentekort helpen bestrijden. Het tekent de maatschappelijke verantwoordelijkheid die het Verbond in deze neemt.”

 

 


Was dit nuttig?