Skip to Content

“De kiezer is niet gek”

Op deze pagina is ook content beschikbaar exclusief voor leden Log in voor toegang of vraag account aan.

“Het gaat niet goed zoals het nu gaat. De kiezer is niet tevreden. Niet over de manier waarop hij zijn wensen kenbaar kan maken en niet over de manier waarop politici hem behandelen. De kiezer is niet gek, maar dat weet u als verzekeraar ook wel. Klanten weten veel meer dan vroeger en als ze het niet weten, dan googlen ze het wel.”

Dat zei oud-Kamervoorzitter Gerdi Verbeet vorige week tijdens de eindejaarsborrel bij het Verbond. Haar boodschap was helder. “We moeten naar andere vormen van democratie zoeken om de invloed van de burger te vergroten en veel meer gebruik te maken van wat hij weet en kan.”

Zoenen van Henk Kamp

Tijden veranderen. De tijd dat we aan twee partijen genoeg hadden om een regering te vormen, zijn voorbij, benadrukte Verbeet. Ze heeft het zelf meegemaakt, de periode dat divergeren moet overgaan in convergeren. “Het was in 2012 mijn laatste kunstje. Ik mocht leiding geven aan het proces waarin de Kamer aan zet was en niet langer het staatshoofd. Op mijn laatste werkdag werd ik gebeld door Henk Kamp. Hij had als verkenner zijn gesprekken afgerond en wilde mij zijn rapport overhandigen. Daar was nog geen ceremonie voor bedacht en toen hij mij staande voor twee flodderige banners zijn rapport overhandigde, begon hij me spontaan te zoenen. Dodelijk. Kamervoorzitters laten zich niet zoenen.”

Ook straks, na de verkiezingen in maart, wijst de Tweede Kamer een verkenner aan die kijkt of de vorming van een kabinet mogelijk is. Zo ja, dan kan de formateur aan de slag. Zo nee, dan moet er een nieuwe verkenner komen.

Bubbels

Verbeet vermoedt dat de vorming van een nieuw kabinet niet makkelijk zal worden. “Ik verwacht dat één partner niet genoeg zal zijn, maar we zullen vaker meemaken dat ons land wordt geregeerd door steeds wisselende meerderheden. Dat is helemaal niet erg, en werkt in Scandinavië al jaren. Joop den Uyl benoemde in zijn kabinet al ministers van ARP en KVP die niet betrokken waren bij de formatie. Ze hebben het bijna vier jaar volgehouden.”

Toch moet, als politici het vertrouwen willen terugkrijgen, het roer flink om, besloot Verbeet. “Iets minder grote woorden, iets minder schampere opmerkingen. Geen persoonlijke beledigingen. Geen karaktermoord. Maar gewoon coöperatie, net zoals dat beschreven wordt in al die oude affiches hier aan de muur. Dat zou mooi zijn.”

De eindejaarsborrel volgde op de Algemene Ledenvergadering van het Verbond.


Was dit nuttig?