In 2017 zijn 8.257 personenauto’s gestolen, tien procent minder dan een jaar eerder. Rond de eeuwwisseling waren dat er nog 25.000. De samenwerking tussen politie, RDW en verzekeraars werpt haar vruchten af.
"Met getallen dik onder de tienduizend wanen we ons terug in de jaren zeventig van de vorige eeuw, zegt een tevreden directeur Titus Visser van de Stichting Aanpak Voertuigcriminaliteit (AVc) vanochtend in de Telegraaf.
1 op 1100
Uit de cijfers die AVc vandaag presenteert blijkt dat de kans dat een willekeurige auto in Nederland wordt gestolen ligt rond de 1 op 1100. Daarbij zijn vooral de Duitse merken Audi, BMW en Volkswagen populair en zijn het niet de nieuwste modellen, maar de auto’s met een leeftijd van vier tot zeven jaar die vaker worden gestolen.
Ontmoedigend
Ongeveer veertig procent van de gestolen auto’s wordt teruggevonden, een kleine toename ten opzichte van 2016. Volgens AVc gebeurt dat met name in de eerste uren na de diefstal, mede doordat het aangifteproces de afgelopen jaren sterk is verbeterd, maar ook omdat steeds meer voertuigen zijn uitgerust met een ‘track & trace-systeem’. Visser: “Politie, RDW en verzekeraars werken steeds intensiever samen bij het opsporen van gestolen auto's en de daders. Dit werpt zijn vruchten af. Bovendien gaat hier natuurlijk een ontmoedigend effect van uit.”
Naast gezamenlijke opsporing werken publieke en private partijen ook op andere terreinen intensief samen, zoals in preventie en door de handel in gestolen onderdelen te ontregelen.
- Lees meer op de website van de Stichting Aanpak Voertuigcriminaliteit
Was dit nuttig?