Per 1 juni 2024 kan een Wwft-instelling bij de nieuwe cliënt een gewaarmerkt uittreksel uit het UBO-register opvragen. De cliënt vraagt dit uittreksel op zijn beurt op bij de KvK. Deze overgangsregeling vervangt per 1 juni de oude regeling waarmee een Wwft-instelling via de bevestigingsmail van de KvK een UBO-registratie kon vaststellen. Zodra een Wwft-instelling is aangesloten op het UBO-register, geldt de wettelijke verplichting van artikel 4 lid 2 Wwft. Dit betekent dat de instelling het UBO-register zelf dient raad te plegen. Naar verwachting is het vanaf dat moment ook weer mogelijk om onjuiste UBO-gegevens te melden aan de KvK.
Geen gevolgen voor bestaande cliënten
De overgangsregeling heeft geen gevolgen voor bestaande cliënten van Wwft-instellingen. Als een Wwft-instelling heeft vastgesteld dat een UBO geregistreerd is (bijvoorbeeld op basis van de bevestigingsmail van de KvK), dan is het niet nodig een gewaarmerkt uittreksel uit het UBO-register op te vragen bij de cliënt.
UBO-register als hulpmiddel
Op grond van artikel 3 Wwft is een Wwft-instelling verplicht om cliëntenonderzoek uit te voeren. Bij dit onderzoek moet een Wwft-instelling onder meer de (pseudo-)UBO(‘s) van een cliënt identificeren en redelijke maatregelen nemen om de identiteit te verifiëren. Let wel, informatie uit het UBO-register dient slechts als hulpmiddel. Om te bepalen of iemand daadwerkelijk een UBO is, dient de Wwft-instelling altijd eigen onderzoek uit te voeren. Naast de informatie van de KvK kan een Wwft-instelling zich ook (afhankelijk van de rechtsvorm van de cliënt) baseren op statuten, aandeelhoudersregisters, certificaathoudersregisters, maatschapscontracten, enzovoort. Bovendien toont een gewaarmerkt uittreksel uit het UBO-register alleen aan dat een UBO geregistreerd is in het UBO-register.
Meer informatie over de stand van zaken en het aansluiten van levensverzekeraars op het UBO-register staat in de Kamerbrief over dit onderwerp.